Een enthousiaste fotograaf uit Breukelen, Gerhard Hof, is eind augustus 2020 gestart in Utrecht met een Drone-tocht over en langs de Vecht richting Muiden. Hij zond ons het volgende bericht:
De Vecht van Utrecht tot Muiden Op vele manieren is onze Vecht al in beeld gebracht. Ik denk bijvoorbeeld aan ‘De Zegepraalende Vecht’ uit 1719. In dat boekwerk worden in gravures de buitenplaatsen verbeeld. Maar ook op vele andere manieren heeft men zulke Vecht-reizen gemaakt. Met mijn drone heb ik in de periode eind augustus-december 2020 foto’s gemaakt van de Vecht. Ik startte in Utrecht bij de schutsluis en eindigde in Muiden, waar de Vecht in het IJsselmeer uitstroomt. Per dag plaatste ik op mijn Facebook-site ‘de Vecht van Utrecht tot Muiden’ een foto met een korte toelichting van wat er te zien is. Als u vragen heeft dan kunt u mij mailen. Gerhard Hof (gtahof@gmail.com).
Betere doorstroming N201 zonder verbreding en aanpassing snelheid
Persbericht Provincie Utrecht – 10 januari 2019
Voor een toekomstbestendige provinciale weg N201 tussen Amstelhoek en
Vreeland is geen ingrijpende verbreding en geen aanpassing van de huidige
maximumsnelheid van 80 km per uur nodig. Die keuze leggen Gedeputeerde Staten
(GS) aan Provinciale Staten voor. Om de doorstroming en de bereikbaarheid te
verbeteren en de leefbaarheid te handhaven of zelfs te verbeteren willen GS die
voorkeursvariant nader uitwerken en gericht knelpunten gaan aanpakken.
Gedeputeerde Staten komen tot deze keuze na vier denkrichtingen te hebben
onderzocht om deze druk bereden provinciale weg toekomstbestendig te maken. De
provincie wil dit voorstel het komende jaar uitwerken, in samenspraak met
belanghebbenden en omwonenden. Dan worden ook de knelpunten verder uitgewerkt
die worden aangepakt. In elk geval wordt de S-bocht bij Mijdrecht (Hofland) uit
de weg gehaald. Ook wordt de aansluiting van de N201 met de A2 verbeterd.
Gedeputeerde Dennis Straat: “We hebben, na een intensief en zorgvuldig
proces, duidelijkheid over de toekomst van deze belangrijke weg. Een toekomst
waarin het verkeer beter doorstroomt, zonder dat de leefbaarheid in de kernen
eromheen achteruit gaat, zonder het landschap en de prachtige natuur aan te
tasten. We gaan nu het voorstel uitwerken en zo snel mogelijk knelpunten
aanpakken.”
Vier denkrichtingen
Het afgelopen half jaar zijn vier denkrichtingen onderzocht. Dat betrof
combinaties met of zonder verbreding tot 2 x 2 rijstroken en wel of niet
verhoging van de maximumsnelheid tot 100 km. Tot slot is ook een variant
onderzocht waarbij de maximumsnelheid verlaagd werd tot 60 km per uur met een
wegafsluiting bij het aquaduct Amstelhoek en een afsluiting tussen de N523 en
Kortenhoef.
Voor elk van deze denkrichtingen is een kostenraming gemaakt. Per richting
zijn de effecten op verkeer, geluid, luchtkwaliteit, natuur en landschappelijke
inpassing gewogen. Geen van de varianten had alleen positieve effecten. Door
gerichte maatregelen kunnen echter de beperkte negatieve aspecten van de
voorkeursvariant (geen verbreding, geen aanpassing maximumsnelheid, aanpak
knelpunten) positieve effecten worden. Dat is bij de andere drie varianten niet
mogelijk.
Drukste weg
De provinciale weg N201 loopt door de provincies Noord-Holland en Utrecht. De hele weg is ruim 56 kilometer lang en loopt tussen Zandvoort en Hilversum. Het Utrechtse gedeelte van deze weg is 16,3 kilometer lang en loopt vanaf het aquaduct bij Amstelhoek tot net voorbij Vreeland. In Utrecht en in Noord-Holland behoort de N201 tot de drukst bereden provinciale wegen, onder andere omdat deze weg een verbinding vormt tussen de A4, Schiphol, A2 en A27.
Financiën
De realisering van de voorkeursvariant – dat is inclusief de aanpak van
knelpunten zoals het verwijderen van de S-bocht bij Mijdrecht en verbetering
van de aansluiting op de A2 – vergt een investering van 225 miljoen euro. Mét
een bandbreedte van plus of min 50 procent. Die ruime bandbreedte voor minder-
of meerwerk, onzekerheden of risico’s is nodig omdat we nog aan het begin van
een complex project staan.
Daar kunnen nog opties voor aanvullende maatregelen bovenop komen, zoals
vergroting van de mogelijkheden voor OV en fiets en extra acties voor lucht,
geluid en natuur. In het geval dat gekozen zou worden om alle knelpunten aan te
pakken en alle potentiële aanvullende maatregelen te nemen, dan kan de
investering in de N201 tot maximaal 1,5 miljard euro oplopen. Dat is inclusief
een onzekerheidsmarge van 75 procent. Die onzekerheidsmarge is zo ruim, omdat
nog niet voor alle mogelijk op te lossen knelpunten en aanvullende maatregelen
een ontwerp is gemaakt. Tussen die investering van 225 miljoen voor de
voorkeursvariant en de maximale investering van 1,5 miljard wanneer alle
aanvullende maatregelen genomen zouden worden en alle knelpunten aangepakt
zouden worden (alle twee dus met onzekerheidsmarges) zitten een reeks
variabelen met verschillende kostenramingen.
De Commissie Mobiliteit, Economie en Europa van de Staten bespreekt het
voorstel op 28 januari 2019. Daarna behandelen Provinciale Staten het in hun
vergadering van 18 februari 2019.
Het andere boek is geschreven door de bewoner van de buitenplaats Vreedenhoff, Anthony Lisman, en de prachtige interieurfoto’s zijn van Jeroen van de Water:
De voor de eerste keer door de VPC georganiseerde reeks van lezingen en excursies in het kader van Vechtologie, begonnen in 2013, is in 2016 afgesloten met een serie wandelingen in de Vechtstreek. We kijken met plezier terug op de bijeenkomsten over de thema’s landschap, water, natuur, cultuurhistorie en kunst en bedrijvigheid in de Vechtstreek. De reacties van de deelnemers sterken ons in de idee dat de sprekers hun kennis en wetenswaardigheden over de ontstaansgeschiedenis, de natuur en het leven en werken in de Vechtstreek met enthousiasme hebben overgedragen.
Hoe nu verder, dat werd ons recent door een van de deelnemers gevraagd. We benaderen momenteel andere circuits met het aanbod van Vechtologie-lezingen en -excursies. Zo zijn er enkele cursusprojecten in de streek die in hun cursusaanbod een “mini-Vechtologie” met ca 4 of 5 lezingen hebben opgenomen. Daarnaast zijn we in gesprek met geïnteresseerde gemeenten voor wie we een of meer educatieve bijeenkomsten kunnen organiseren. Maatwerk-Vechtologie dus. Met het opstellen van papers over de lezingen is, zoals de deelnemers weten, een begin gemaakt. Het is echter een hele klus om dat voor alle thema’s voor elkaar te krijgen. We informeren u als het zo ver is dat we de hele cyclus op papier hebben (voor zover sprekers ons dat toestaan).
Op de website van het Instituut voor natuureducatie en duurzaamheid (IVN) is een uitgebreid verhaal te lezen over de Vechtstreek in historisch perspectief, verlucht met duidelijke afbeeldingen.
Het deed ons deugd daarbij vast te stellen dat bij de vermelde bronnen een prominente plaats werd ingenomen door Venster op de Vecht (de website over de biografie van de Vechtstreek) en door het onvolprezen boek Natuur & Landschap van de Vechtstreek (van auteur Wim Weijs).
Specifiek wordt ingezoomd op de Boterwal nabij Breukelen. Dit is een ca. 1 km lange zijdewende van de 11e eeuwse ontginning Oud Aa die loopt van het Oud Aa naar het recreatieterrein Bosdijk. De Boterwal is niet alleen een openbaar wandel en fietspad, maar heeft ook een interessante natuur en geschiedenis. Als onderdeel van de natuurgidsencursus van het IVN volgden Jan IJben en Alex van de Heiden gedurende vier seizoenen de ontwikkeling van de natuur. Wat zij leerden van natuur en landschap legden zij vast in de webpagina De Vechtstreek in historisch perspectief. Naast een overzicht van de geologische en cultuurhistorische geschiedenis laten zij in deze leuke website zien welke planten en dieren zij in de wisselende seizoenen waarnamen.
Rond 1960 waren er nog zo’n 5000 broedparen van de grote karekiet in Nederland. Daar is nu niet veel meer van over. In 2014 waren er nog maar 120-150 paren. De situatie in 2016 lijkt nog veel zorgelijker te zijn. Waarschijnlijk halen we de 100 paar niet meer. Daarom is dit jaar een plan gelanceerd om de grote karekiet te beschermen in een van zijn laatste bolwerken, de Oostelijke Vechtplassen.
Lees verder https://www.vogelbescherming.nl/actueel/bericht/?bericht=1914
In 2015 was het 100 jaar geleden dat het Verkade-album ‘De Vecht’ van Jac. P. Thijsse werd uitgegeven. Voor het Vechtstreekmuseum te Maarssen aanleiding om een tentoonstelling te organiseren.
De Foto- en Videoclub Loenen werd gevraagd om foto’s te maken van 27 locaties waar de aquarellen en pentekeningen door de kunstenaars waren gemaakt. Na de tentoonstelling werd het plan opgevat om van alle 156 locaties die in het album voorkomen een foto te maken.
Dankzij de Historische Kringen uit Maarssen, Breukelen, Loenen, Kortenhoef en Nederhorst den Berg en passanten in de verschillende dorpen konden we de bijna-niet-terug-te-vinden locaties toch opsporen.
In 2 presentaties laten we zien hoe de locaties langs de Vecht er 100 jaar later uitzien.
Op 16 december organiseerde de NMU een bijeenkomst over de toekomst van de Utrechtse melkveehouderij. Op boerderij Fortzicht in Groenekan waren ruim 50 mensen aanwezig om naar enkele sprekers te luisteren en om vervolgens met elkaar van gedachten te wisselen. De samenstelling was erg divers: Statenleden, wethouders, ambtenaren van provincie, gemeenten en waterschap, agrariërs en medewerkers van natuurorganisaties.
Ook bij gelijkblijvend beleid zal het aantal bedrijven tot 2020 vermoedelijk teruglopen van 18.000 naar 12.000.
Wat gaat er met de gronden gebeuren die als gevolg hiervan vrij (kunnen) komen?
Hier ligt zowel een kans als een bedreiging. Gechargeerd:
kans: instandhouding kleinschalig cultuurlandschap en weidevogels enz. door samenwerking en omschakeling naar ‘groene boeren’
bedreiging: teloorgang cultuurlandschap en verdere monocultuur door opkoop gronden door intensive veehouderij (veelal in Brabant gevestigd) die 3 x per jaar door een loonwerker laat maaien en 1 x per jaar de grond gebruikt voor zijn mestoverschot.
Het College van Gedeputeerde Staten van Utrecht heeft 5 juli jl. het Definitief Ontwerp voor de inrichting van het Natura2000 gebied Oostelijke Vechtplassen Utrecht vastgesteld. Dat is het startsein voor de natuurinrichting van het gebied.
Gebiedscommissie Utrecht West heeft in opdracht van de provincie het Definitief Ontwerp opgesteld. Hierin staat beschreven welke maatregelen op welke locaties worden uitgevoerd. Ook wordt toegelicht waarom deze maatregelen worden uitgevoerd en welke opbrengst dat zal hebben voor Natura2000. Het definitief ontwerp met draagvlak van alle betrokken partijen hadden we niet kunnen bereiken zonder de inzet van deze partijen.
De maatregelen in het Definitief Ontwerp richten zich op het creëren van een robuust watersysteem en op een mozaïek van de diverse stadia van laagveenverlanding (van open water tot bos). In de toekomst wordt de goede kwel langer in het gebied vastgehouden, waardoor de inlaat van kwalitatief minder geschikt Vechtwater kan worden beperkt. De waterkwaliteit in het gebied verbetert hierdoor. Door instellen van natuurlijk peilbeheer (hoog peil in de winter, laag peil in de zomer) worden natuurdoelen ook beter bediend.
In de toplaag is meestal veel fosfaat aanwezig. Dit wordt verwijderd door afplaggen, met name in de laagtes. Hoogteverschillen worden zo geaccentueerd. Er worden nieuwe petgaten gegraven en dichtgegroeide petgaten weer opengemaakt. Een deel van de oevers wordt afgeschuind om de overgang tussen land en water meer natuurlijk in te richten. Dit alles leidt tot een verspreiding in ruimte en tijd van alle stadia van laagveenverlanding: open water, krabbescheervelden, trilvenen, veenmosrietland, blauwgrasland, rietstroken, moerasbos.
De voorbereiding van de natuurinrichting en het aanvragen van benodigde vergunningen is inmiddels gestart. De eerste stap hierin is het opstellen van een uitvoeringsstrategie. De feitelijke inrichting start in 2017.
De Vechtplassencommissie en de Vrienden van de Vecht organiseren, samen met IVN Vecht en Plassengebied, de leergang Vechtologie. De reeds verzorgde modules gingen over de thema’s:
Landschap, Natuur, Cultuurhistorie, Water en Kunst en Bedrijvigheid in de Vechtstreek.
Ook dit jaar vindt er weer een leergang plaats: Kenniswandelingen in Vechtse dorpen en stadskernen.