Gebiedsakkoord Oostelijke Vechtplassen

Opstelling Vechtplassencommissie jegens het op 6 december 2017 te ondertekenen Gebiedsakkoord Oostelijke Vechtplassen en het bijbehorende Uitvoeringsprogramma

Zie ook het verslag op Groene Hart-Media

Op de Vechtplassencommissievergadering van donderdag 2-11-2017 is bovengenoemd document gedegen besproken. De VPC ondertekent het GA met de aantekening dat we ons bij de uitvoering t.a.v. enkele ontwikkelingen kritisch zullen (blijven) opstellen.

De VPC hecht veel belang aan het “ontkokerd”, integraal werken aan kwaliteitsverbetering voor het gebied. Er liggen uiteenlopende opgaven voor water-, natuur- en landschappelijke kwaliteit en het verbeteren van de recreatie-economie. Het proces waarin het nu voorliggende Gebiedsakkoord tot stand is gekomen heeft de meerwaarde aangetoond van het gezamenlijk zoeken naar oplossingen voor de gewenste verbeteringen. De VPC is enthousiast over o.a. de aanleg van 800 ha nieuwe natuur en van ecologische verbindingen en over het baggeren van de Loosdrechtse Plassen. De VPC is voorts erg benieuwd naar het effect van het instellen van gebiedsmakelaars ter ondersteuning van de recreatieondernemers.

De VPC zal zich evenwel kritisch (blijven) opstellen waar het gaat over bijv. een mogelijke recreatieve vaarverbinding Loosdrechtse Plassen – Hilversums Kanaal via de Wijde Blik, het bevaarbaar maken van de Karnemelksloot en de plannen t.a.v. Scheendijk. De VPC zal zich met alle middelen blijven inzetten voor het behoud van bepaalde natuur- en landschappelijke waarden en ook voor de wensen van de rust zoekende recreant. De VPC heeft het vertrouwen dat een permanente dialoog met de belanghebbenden en zorgvuldig onderzoek naar de gevolgen van deze plannen tot goede resultaten zullen leiden.


Eerdere berichtgeving:

Het Oostelijk Vechtplassengebied is een waardevol natuur- en recreatiegebied waar het fijn wandelen, fietsen en varen is en verdient zeker een Gebiedsakkoord. Maar er liggen ook opgaven voor het verbeteren van de waterkwaliteit, er is een baggerprobleem in de Loosdrechtse Plassen en de watersportsector en de horeca vragen om een vernieuwingsimpuls. Op initiatief van de Provincie Noord-Holland werken overheden, ondernemers, bewoners, deskundigen en belangenorganisaties aan oplossingen die recht doen aan de -soms strijdige- belangen. De stip op de horizon is een aantrekkelijk gebied voor (kleine) watersport, wandelen en fietsen en waar ook plaats is voor natuurverbindingen, moerassen en hun bewoners en gezonde agrarische gronden etc.

De inbreng van de Vechtplassencommissie (VPC) focust op de cultuurhistorische en de natuur- en landschapswaarden; we hebben veel lokale kennis en deskundigheid kunnen delen. De VPC vergeet daarbij de landschappelijke kwaliteiten met bijvoorbeeld de legakkers en de rietoevers niet. De inventarisatie van de natuurwaarden en van de opgaven om deze te behouden en te verbeteren is voltooid.

Aan de andere kant zijn ook de eerste wensen vanuit de recreatiesector, bijvoorbeeld in de vorm van extra recreatieve routes, in kaart gebracht. Dan komt het aan op wikken en wegen. Daarbij onderkennen we enerzijds het belang van strikte rust in bepaalde zones maar ook dat van de mens die van die natuur en het landschap moet kunnen genieten. Soms is het lastig om de belangen met elkaar te verenigen. Een voorbeeld is de wens om een vaarverbinding te maken tussen de Loosdrechtse Plassen en het Hilversums Kanaal, via de Wijde Blik, bijvoorbeeld met een afgescheiden kanaal in de Loenderveense Plas. Wij vrezen schade aan het oeverlandschap en de verwachte grotere recreatiedruk op het Wijde Blik. Een Milieueffectrapport zal de effecten voor economie, ecologie en leefomgeving voor de verschillende opties inzichtelijk maken. Wij schorten ons standpunt in deze nog even op.

Doel van het proces is een Gebiedsakkoord waarin de betrokken partijen zich verbinden tot het uitvoeren van plannen ter verbetering van de natuur- en recreatiekwaliteiten. Voor overheden betekent dat het faciliteren van vernieuwingsmaatregelen en het financieren van aanpassingen. Te denken valt aan het baggeren van de Loosdrechtse Plassen, het verbeteren van de waterkwaliteit, de aanleg van nieuwe recreatieve vaarroutes en het ondersteunen van de recreatieondernemers met een gebiedsloods. De ondertekening van het Gebiedsakkoord is voorzien voor december 2017.

Nieuwe boeken over de Vechtstreek

Recent verschenen er twee nieuwe boeken over de Vechtstreek, allebei over prominente buitenplaatsen.

 

Een boek betrof de verdwenen buitenplaats Petersburg in Nederhorst den Berg, tegenover Nigtevecht:

Petersburg, roem der hoven – de verdwenen lusthof van Peter de Grotes agent Christoffel Brants – 9789074205078

 

 

 

 

Het andere boek is geschreven door de bewoner van de buitenplaats Vreedenhoff, Anthony Lisman, en de prachtige interieurfoto’s zijn van Jeroen van de Water:

Vreedenhoff, een buitenplaats in detail – 9789079156375

Vechtologie op maat

De voor de eerste keer door de VPC georganiseerde reeks van lezingen en excursies in het kader van Vechtologie, begonnen in 2013, is in 2016 afgesloten met een serie wandelingen in de Vechtstreek. We kijken met plezier terug op de bijeenkomsten over de thema’s landschap, water, natuur, cultuurhistorie en kunst en bedrijvigheid in de Vechtstreek. De reacties van de deelnemers sterken ons in de idee dat de sprekers hun kennis en wetenswaardigheden over de ontstaansgeschiedenis, de natuur en het leven en werken in de Vechtstreek met enthousiasme hebben overgedragen.

Hoe nu verder, dat werd ons recent door een van de deelnemers gevraagd. We benaderen momenteel andere circuits met het aanbod van Vechtologie-lezingen en -excursies. Zo zijn er enkele cursusprojecten in de streek die in hun cursusaanbod een “mini-Vechtologie” met ca 4 of 5 lezingen hebben opgenomen. Daarnaast zijn we in gesprek met geïnteresseerde gemeenten voor wie we een of meer educatieve bijeenkomsten kunnen organiseren. Maatwerk-Vechtologie dus. Met het opstellen van papers over de lezingen is, zoals de deelnemers weten, een begin gemaakt. Het is echter een hele klus om dat voor alle thema’s voor elkaar te krijgen. We informeren u als het zo ver is dat we de hele cyclus op papier hebben (voor zover sprekers ons dat toestaan).

Ambitienota Cultuur Stichtse Vecht

Op 9 mei 2017 is de Ambitienota Cultuur gepresenteerd aan de gemeenteraad van Stichtse Vecht. In de nota, die een initiatief was van de gemeente, de Stichting Het Vechtsnoer en het Cultuurplatform Vechtstreek, wordt de stand van zaken rond Cultuur in de gemeente in kaart gebracht. Het hele spectrum, van de levende kunsten tot en met erfgoed.

Erfgoed, in de betekenis van monumenten en het cultuurlandschap, zo concludeert het rapport, vormt feitelijk het DNA van de gemeente en verdient het dan ook om als drager te fungeren voor toekomstige economische, ruimtelijke en toeristische ontwikkelingen.

De nota is lovend over de kracht en betrokkenheid van het culturele veld en over hoe krachtig cultuur in de kernen is verankerd. Maar zij is kritisch over de mate waarin door de gemeente vorm en inhoud wordt gegeven aan het thema cultuur en schetst een zorgelijk perspectief door gebrek aan financiële continuïteit en passende huisvesting. Het is schrijnend dat een gemeente die pronkt met haar buitenplaatsen en cultuurlandschap, slechts beschikt over gebrekkige ambtelijke ondersteuning in verhouding tot de landelijke norm.

De ambitienota cultuur schetst een reeks van perspectieven die niet alleen het belang van cultuur als waardebepalende, bindende en ontwikkelende factor naar voren brengen, maar die ook zichtbaar maken hoe het beter kan.

De Vechtplassencommissie en het Vechtsnoer, die al eerder ernstig bezorgd waren over de beperkte gemeentelijke inspanningen op het gebied van erfgoed, hebben de leden van de gemeenteraad in een gezamenlijke brief van 29 juni jl. opgeroepen de conclusies van de ambitienota in hun verkiezingsprogramma’s te verwerken.

Een vierbaans N201 door het midden van de Vechtstreek?

Naar aanleiding van ‘wikken & wegen-sessies’ over de toekomst van de N201, heeft de Vechtplassencommissie (VPC) haar zorgen geuit over de mogelijkheid dat de N201 zal worden opgewaardeerd tot een vierbaansweg. Zo’n ingreep past naar de mening van de VPC niet in het Groene Hart en kan worden beschouwd als een achterhaalde aanpak van de verkeersproblemen, gelet op o.a. de ontwikkelingen op het gebied van werken en mobiliteit.

De VPC: opwaardering tot een vierbaansweg is een ingrijpende maatregel die grote impact zal hebben op het Groene Hart. Daarbij zijn veel cultuurhistorische, landschappelijke en natuurbelangen in het geding. Die van:

• het in ontwikkeling zijnde natuurgebied Marickenland nabij Mijdrecht • de dorpskern van Vinkeveen • de Vinkeveense Plassen, van betekenis als onderdeel van het nationaal natuurnetwerk, landschappelijk en recreatief • Loenersloot • Vreeland • de Vecht • de Oostelijke Vechtplassen, van betekenis als onderdeel van het nationaal natuurnetwerk, grenzend aan Natura 2000-gebieden en landschappelijk en recreatief. Voor dit gebied is een Gebiedsakkoord in voorbereiding om de recreatie en natuurkwaliteiten op te waarderen.

Naast de schade aan cultuurhistorie, landschap en natuur betekent een vierbaansweg een (verdere) verslechtering van de leefomgeving en van het milieu. De geluidsbelasting zal aanzienlijk toenemen, allereerst door de aanzuigende werking van verkeer maar ook doordat het zeer waarschijnlijk is dat de rijsnelheid omhoog zal gaan. Bedenk daarbij ook dat een onverhoopte opwaardering met name wordt ingegeven door behoefte aan capaciteit voor vrachtverkeer dat éxtra geluidsoverlast met zich brengt. Bewoners in delen van het gebied ervaren de geluidsbelasting van de huidige N201 nu reeds als bijzonder hinderlijk. Daarbij is ook nog eens sprake van stapeling met geluidsoverlast van de luchthaven Schiphol. Toename van verkeer zal ook leiden tot meer uitstoot van schadelijke stoffen (fijnstof!) in het gebied.

De huidige N201 is een drukke weg, maar ook een parel in de hectische omgeving die goed past in het kleinschalige landschap van het gebied. Hij is open en in ons gebied zonder geluidsschermen waardoor het landschap te lezen blijft. Verbreding zou een onomkeerbare verhakseling van het gebied opleveren. De verbindingen van het gebied ten noorden en ten zuiden worden lastiger, gevaarlijker en scheppen een psychologische barriere.

Bovendien is er geen reden om aan te nemen dat het hierbij zou blijven. Bij de A2 hebben we kunnen zien dat afspraken van het Rijk met gemeenten over maximumsnelheid al na enkele jaren boterzacht blijken. En de stap van vier naar zes rijstroken is makkelijker gemaakt dan de nu voorliggende van twee naar vier. Geluidsoverlast zal de vraag naar geluidsschermen ontlokken en voor je het weet spreken we over de A201. We hebben gezien hoe dat is gegaan met de Gaasperdammerweg, nu A9.

Achterhaalde aanpak Het scenario van opschalen naar een vierbaansweg beschouwen we als een achterhaalde methode om met mobilteit om te gaan. Wij verwachten dat in het kader van het onderzoek naar de toekomst van de N201 de ontwikkelingen rond samenleving en economie nadrukkelijk zullen worden meegewogen. Wij noemen er een paar:

• Sinds de Tweede Wereldoorlog wordt het mobiliteitsvraagstuk voornamelijk aangepakt met meer asfalt. Het lijkt erop alsof niet wordt ingezien dat niet alleen meer auto’s vragen om meer wegcapaciteit, maar dat dat leidt tot steeds meer auto’s. Je hoeft geen verkeerskunde te hebben gestudeerd om te zien dat de rigoureuze uitbreiding van de A2 heeft geleid tot een enorme toevloed van auto’s en een even groot aantal files als vóór de verbreding. Het is niet alleen zo dat de auto de voorkeur krijgt boven het OV, maar het wegenaanbod leidt er ook toe dat mensen verder weg van hun werk gaan wonen. De infrastructuur schept de vraag. Het patroon van verder asfalteren en toenemend autogebruik dient te worden doorbroken.

• Het is daarom geboden het mobiliteitsvraagstuk met een andere bril te beschouwen. Met een bril die zich realiseert dat de Randstad steeds meer de kenmerken vertoont van een groot stedelijk gebied. Een gebied dat –net als andere grote steden- vraagt om minder particuliere auto’s en meer snelle OV-verbindingen.

• Een bril die rekening houdt met het akkoord van Parijs en de noodzaak om het gebruik van fossiele brandstoffen in hoog tempo af te bouwen.

• Een bril die rekening houdt met razendsnelle technologische verbindingen. Wat betekent de geautomatiseerd bestuurde auto voor de wegcapaciteit? Een gelijkmatiger rijpatroon, een daardoor veel geringer energieverbruik, geringere onderlinge afstanden en minder ongevallen kunnen de capaciteit zeer vergroten, zeker ook voor het vrachtverkeer.

• Een bril die ziet hoe onze verhoudingen tot arbeid veranderen naar een diensten- en ideeëneconomie waarin wonen en werken steeds meer geïntegreerd raken. Waarin technologische mogelijkheden in communicatie de behoefte aan fysiek bijeen zijn doen afnemen. Hoeveel organisaties in deze regio hebben inmiddels vaste werkplekken verlaten en gekozen voor allerlei vloeibare constructies voor onderling ontmoeten werken waar je bent?

• Welke impulsen zijn er mogelijk in de richting van efficiënter vrachtvervoer, mede rekening houdend met de relatief geringe financiële bijdrage van het vrachtverkeer aan de algemene middelen?

Ons inziens is schade aan de genoemde kwaliteiten in het gebied slechts te voorkomen met een onwaarschijnlijk aantal infrastructurele kunstwerken. Is de toegenomen en nog toe te nemen verkeersdruk zo’n investering waard? Wij denken van niet.

Kortom: de Vechtplassencommissie is voorstander van het handhaven van de lokale en hooguit regionale status van de N201 en bepleit om dit als uitgangspunt te hanteren bij het onderzoek naar de toekomst van de weg.

Een eventuele omlegging van de N201 ten zuiden/zuid oosten van Hilversum heeft ook grote impact op landschappelijke en natuurwaarden. Onze zorgen daarover zullen wij bij de provincie Noord-Holland deponeren.

Bestemmingsplan voor de Vecht in Stichtse Vecht

 

De gemeente Stichtse Vecht heeft het voornemen om speciaal voor de gehele rivier de Vecht een ‘eigen’ bestemmingsplan te maken. Dat betekent dat het onderwerp ‘Vecht’ uit een aantal andere bestemmingsplannen zal worden gehaald (bij voorbeeld het bestemmingsplan Rondom de Vecht). Het nieuwe voor de gehele Vecht geldende bestemmingsplan zal een aantal bouwstenen hebben zoals:

de nota vaarbeleid, het beleidsplan woonschepen, en het (oude) Restauratieplan voor de Vecht.

De Vechtplassencommissie zal dit proces zo goed als mogelijk proberen te volgen.

 

Geen 2e Vechtbrug in Breukelen

De Vechtplassencommisie heeft een lange geschiedenis van ‘vechten’ tegen een tweede Vechtbrug bij Breukelen. Samen met 14 andere belangenorganisaties en bewonersgroepen is nu opnieuw met succes bezwaar aangetekend tegen het voorstel om in Breukelen een tweede brug over de Vecht aan te leggen.

Dit voorstel is op 20 december 2016 met 23 tegen 10 stemmen in de gemeenteraad verworpen. Daarmee is na ruim 40 jaar een definitief einde gekomen aan de discussie over de aanleg van een 2e Vechtbrug.

Die brug zou een einde moeten maken aan het drukke verkeer in de Brugstraat. Op verzoek van de gemeenteraad zijn daarom de mogelijkheden en de kosten van een tweede Vechtbrug onderzocht. Er kwamen drie locaties in beeld: ten zuiden van Nyenrode, ter hoogte van Broeckland en ter hoogte van de Loswal. Hoewel uit dat onderzoek bleek dat door de reeds getroffen maatregelen de verkeersdruk – met uitzondering van het zware landbouwverkeer – in de Brugstraat blijvend onder de norm was gekomen, werd het voorstel voor een tweede brug toch in stemming gebracht.

De onherstelbare aantasting van het cultuurlandschap van de Vecht, de negatieve gevolgen van de toename van het verkeer op Zandpad en Straatweg en het ontbreken van de noodzaak zijn met succes door bewonersgroepen en 14 belangenorganisaties aangevoerd om de aanleg van een tweede brug over de Vecht te voorkomen. Voor het zware landbouwverkeer liggen betere oplossingen voor de hand, zoals bedrijfsverplaatsing van vrachtverkeer aantrekkende bedrijven en grondruil, waardoor agrariërs geen gronden aan beide zijden van de Vecht hebben.

De buitenplaats Vijverhof te Breukelen

Na het vertrek van het Limnologisch Instituut heeft de buitenplaats Vijverhof, Rijksstraatweg 6, Nieuwersluis meer dan 6 jaar te koop gestaan alvorens zich een serieuze koper meldde. De toekomstige eigenaar wil de hele buitenplaats herbestemmen tot een hotel in het hoge segment. In het te restaureren hoofdgebouw komen een restaurant en enkele hotelkamers en ook in het bestaande koetshuis komen hotelkamers. Het betonnen laboratoriumgebouw uit 1989 zal worden gesloopt. Op de vrijkomende plek komt een kleiner koetshuis met hotelkamers en een woning. Het park met zijn rijke stinzenflora en enkele zeer fraaie bomen zal worden hersteld. Aan de Vecht is een theekoepel gepland.

Tegenover zowel de risico’s als de kansen die de ontwikkeling van een hotel in het hoge segment met zich meebrengt, staan allerlei denkbare ongewenste ontwikkelingen die mogelijk zijn bij voortduring van de huidige ruime bestemming. En hoewel de Vechtplassencommissie (VPC) zich zeer wel bewust is van de risico’s van een hotelfunctie, van de overlast die dat voor de buurt kan betekenen en de belasting van het park, in het bijzonder als gevolg van parkeren, hebben wij ons toch vanaf het eerste moment positief opgesteld tegenover deze ontwikkeling.

De twee belangrijkste redenen daarvoor zijn allereerst dat door deze koop en de nieuwe bestemming het voortbestaan van de buitenplaats als geheel veilig wordt gesteld en in samenhang met en respect voor het park zal worden ontwikkeld. Vijverhof zal nu dus niet in meerdere bouwpercelen worden opgesplitst en voor een buitenplaats oneigenlijke ontwikkelingen  – die met de geldende bestemming mogelijk waren – zijn verder uitgesloten. Ten slotte lopen de kwaliteitsbelangen die passen bij het ambitieniveau van de eigenaar parallel aan die van de Vechtstreek. Kwaliteit valt en staat met de uitvoering. Daarom zullen wij de ontwikkelingen nauwlettend blijven volgen.

De Vechtstreek in historisch perspectief

Graag maken wij u attent op een bijzondere webpagina over De Vechtstreek in historisch perspectief

Op de website van het Instituut voor natuureducatie en duurzaamheid  (IVN) is een uitgebreid verhaal te lezen over de Vechtstreek in historisch perspectief, verlucht met duidelijke afbeeldingen.

Het deed ons deugd daarbij vast te stellen dat bij de vermelde bronnen een prominente plaats werd ingenomen door Venster op de Vecht (de website over de biografie van de Vechtstreek) en door het onvolprezen boek Natuur & Landschap van de Vechtstreek (van auteur Wim Weijs).

Specifiek wordt ingezoomd op de Boterwal nabij Breukelen. Dit is een ca. 1 km lange zijdewende van de 11e eeuwse ontginning Oud Aa die loopt van het Oud Aa naar het recreatieterrein Bosdijk. De Boterwal is niet alleen een openbaar wandel en fietspad, maar heeft ook een interessante natuur en geschiedenis. Als onderdeel van de natuurgidsencursus van het IVN volgden Jan IJben en Alex van de Heiden gedurende vier seizoenen de ontwikkeling van de natuur. Wat zij leerden van natuur en landschap legden zij vast in de webpagina  De Vechtstreek in historisch perspectief. Naast een overzicht van de geologische en cultuurhistorische geschiedenis laten zij in deze leuke website zien welke planten en dieren zij in de wisselende seizoenen waarnamen.

 

Niftarlake-Symposium over nieuwe buitenplaatsen – monumenten van de toekomst

Nieuwe buitenplaats

 

 

 

 

 

 

 

Symposium over nieuwe buitenplaatsen op vrijdag 3 november 2017 van 13-17 uur in Koetshuis De Zadelhoff, Zandpad te Breukelen

Het Vechtse Oudheidkundig Genootschap Niftarlake viert haar 105-jarig bestaan met een symposium over het brede en actuele onderwerp ‘nieuwe buitenplaatsen’. De Vechtstreek is het ideale décor voor dit onderwerp. De rivier de Vecht heeft haar bekendheid grotendeels te danken aan het snoer van buitenplaatsen aan haar oevers en de gemeente Stichtse Vecht telt zelfs het grootst aantal buitenplaatsen van Nederland binnen haar grenzen. De laatste tien jaar zijn hier zeven nieuwe buitenplaatsen gebouwd, twee verrijzen in 2017 en er is al vergunning verleend voor de bouw van nog een nieuwe buitenplaats. Daarnaast ‘lonken’ er enkele locaties –in de ogen van projectontwikkelaars. Deze ontwikkeling past in het nu ruim 20 jaar geleden ingezette overheidsbeleid waarin ‘groen voor rood’ gestimuleerd wordt. Maar hoe past deze ontwikkeling binnen de Vechtse buitenplaatstraditie? Tot hoever kan de ontwikkeling gaan? En is het stimuleringsbeleid van de overheid geslaagd? In hoeverre baseren architecten hun ontwerp op historische buitenplaatsen of waarom kiezen zij er juist voor om volledig eigentijds te bouwen?

Visies en verhalen zowel vanuit de praktijk –eigenaren, architecten, landschapsarchitecten- als vanuit de overheid en betrokken organisaties werpen nieuw licht op het fenomeen ‘nieuwe buitenplaatsen’. Sprekers zijn o.a. Prof. Dr. Yme Kuiper, gedeputeerde van cultuur van de provincie Utrecht Mariette Pennarts, buitenplaatsbouwers Irene Groenink en Simonet Koekkoek, architecten Diederik Six en Heiko Hulsker en lid van de Vechtplassencommissie Steven de Clercq.

Doel van dit symposium is mede een aanzet te geven tot de ontwikkeling van een visie voor de toekomst en tot een handleiding te komen, voor zowel toekomstige eigenaren als voor de (lokale en provinciale) overheid.

Het symposium vindt plaats op 3 november van 13-17 uur in Koetshuis De Zadelhoff, Zandpad te Breukelen. Kosten: € 50,- incl. lunch en borrel. Kijk voor het hele programma en om u aan te melden op www.niftarlake.com