2451
post-template-default,single,single-post,postid-2451,single-format-standard,stockholm-core-2.4,select-theme-ver-9.6.1,ajax_updown_fade,page_not_loaded,paspartu_enabled,,qode_grid_1200,qode_menu_,wpb-js-composer js-comp-ver-7.1,vc_responsive

Behoud de Monumentenaftrek!

Van: Vechtplassencommissie, Steven de Clercq
Datum: donderdag 20 oktober 2016 17:11
Aan: Commissie OCW Tweede Kamer
Betreft: Behoud de Monumentenaftrek

Geachte dames en heren leden van de Vaste Kamercommissie Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Het voorstel van Minister Bussemaker om de fiscale aftrekregeling voor monumenten af te schaffen vinden wij onverstandig en contraproductief.

Omdat wij voorzien dat het stopzetten o.a. de volgende ongewenste gevolgen zal hebben, roepen wij u op deze regeling te laten voortbestaan:

ad a. uitstel van onderhoud

Afschaffing zal leiden tot achterstallig onderhoud, verval en uiteindelijk – in het beste geval – weer kostbare restauraties.

ad b. zwart werk

Onderhoudswerk zal vaker worden uitbesteed aan in het zwarte circuit actieve beunhazen. Dit gebeurt niet, wil men voor aftrek in aanmerking komen.

Zwart werk betekent:

  • – derving van BTW inkomsten en
  • – onzekerheid over kwaliteit en duurzaamheid van het uitgevoerde werk.
  1. c. verlies vakmanschap

Een ongewenst neveneffect van werk buiten het professionele onderhoudscircuit is het verlies van voor restauratie noodzakelijk vakmanschap.

Na de 2e Wereldoorlog ging veel verloren. Buitens werden verkaveld of gebruikt als fabriek, of als tehuis voor jongeren. Rond 1970 trad een kentering in.

Sindsdien zijn de meeste monumenten en buitens in de Vechtstreek weer in particuliere handen en bewoond en staan zij er weer goed bij. Dat is primair te danken aan de grote zorg, liefde en –ook materiële!- inzet waarmee de particuliere eigenaren hun monument hebben gerestaureerd en ze tot de dag van vandaag onderhouden.

Restauratiesubsidies waren belangrijk om monumenten in goede staat te brengen. Maar vaak was het de fiscale aftrekmogelijkheid die eigenaren in staat stelde om restauraties en onderhoud te kunnen laten uitvoeren door professionele ambachtslieden.

Nu het achterstallig onderhoud is weggewerkt, komt het aan op structureel, jaarlijks weerkerend onderhoud. Het laagdrempelige, beperkt-bureaucratische karakter van de fiscale aftrekmogelijkheid is daarvoor bij uitstek geschikt gebleken.

De slechte staat van monumenten en de dreiging dat buitenplaatsen verloren zouden gaan, vormde in 1936 één van de aanleidingen voor de oprichting van de Stichting Commissie voor de Vecht en het Oostelijk en Westelijk Plassengebied. Anno 2016 moeten wij nog steeds opkomen voor de kwaliteiten van het monumentaal erfgoed.

Wij roepen u op de effectieve fiscale regeling voor monumentenaftrek te handhaven.

Namens de Vechtplassencommissie,

Steven de Clercq, penningmeester